Nieuws!

Rotterdamse leidinggevenden binnen werkveld ‘huiselijk geweld en stalking’ ruilden een half jaar van baan

Samenwerken aan maatschappelijke opgaven is lastig

De publieke sector zit vol lastige opgaven. Het opvullen van het lerarentekort, jeugdcriminaliteit aanpakken, armoedebestrijding, uitbuiting van arbeidsmigranten... Allemaal hebben ze gemeen dat er veel verschillende organisaties bij betrokken zijn en dat die opgaven constant in de schijnwerpers staan. De kans op fouten maken, is groot. Maar in de publieke opinie is daar geen ruimte voor. Voor een deel moeten we accepteren dat vraagstukken nooit helemaal ‘opgelost’ kunnen worden. Als een deel van het probleem echter voortkomt uit een versnipperde samenwerking tussen de betrokken organisaties, dan zijn er wel slagen te maken. Vaak voelen deze organisaties wel de urgentie om samen te werken, maar vinden zij het moeilijk om dit ook echt te gaan doen.

Korte lijnen ontbreken

Huiselijk geweld en stalking is zo’n maatschappelijk vraagstuk. Het is een landelijk vraagstuk dat zich vooral in de grote steden manifesteert. Rotterdam is koploper als het gaat om meldingen van huiselijk geweld. Bij de aanpak van huiselijk geweld en stalking komen verschillende organisaties en partijen in actie. Dit maakt een effectieve aanpak van het probleem uitdagend en complex. Inzicht in elkaars werkwijzen is vaak beperkt aanwezig en de noodzakelijke ‘korte lijnen’ ontbreken nogal eens. Het rapport dat het Verwey Jonker Instituut in de zomer van 2020 uitbracht, concludeerde: ‘De wil tot verbetering is er, maar de ketenaanpak van huiselijk geweld in Rotterdam hapert door onduidelijkheden over taken en bevoegdheden van instellingen. De toegang tot de juiste hulp duurt (te) lang. Er zijn verkokerde loketten en er is geen directe toegang tot de wijkteams. De regiefunctie op wijkniveau is vaak onduidelijk en de samenwerking tussen de verschillende instellingen is problematisch.’

Onorthodoxe aanpak

Maar hoe breng je het bij elkaar? Hoe zorg je dat partijen als Politie, Veilig Thuis, Jeugdbescherming en Reclassering elkaar vinden en meer gezamenlijk een vuist maken in de aanpak van huiselijk geweld en stalking? Iedereen is het erover eens dat een betere onderlinge samenwerking cruciaal is om meer grip te krijgen op de problematiek. De Politie Rotterdam besloot om samen met andere partners in de keten die betrokken zijn bij de bestrijding van huiselijk geweld een beproefd programma in te zetten: Trading Places. Dit programma bestaat uit een tijdelijke functieruil van leidinggevenden en het doen van een gezamenlijk actieonderzoek. Tijdens de functieruil van zes maanden nemen de leidinggevenden elkaars functie volledig over. Zo ruilen zij ook letterlijk van perspectief. In de ruilperiode gaat de groep door middel van actieonderzoek aan de slag met zelfbedachte verbeteringen in de samenwerking tussen de organisaties. De verwachting is dat door de combinatie van actieleren en actieonderzoek een beter begrip ontstaat van elkaars (on)mogelijkheden en werkwijzen, de lijnen korter worden en de bestrijding van huiselijk geweld duurzaam verbeterd wordt. 


Deelnemende organisaties
Politie, Gemeente Rotterdam, Enver, De Waag, Jeugdbescherming, Veilig Thuis, Reclassering Nederland, Slachtofferhulp Nederland


Na een kennismaking, half oktober 2020, was het een maand later zover. Leidinggevenden starten met de managementwissel en tegelijkertijd ook aan het actieonderzoek Zo werd een unitmanager van Reclassering Nederland leidinggevende bij Slachtofferhulp Nederland en wisselden een politiechef en een teammanager van Jeugdbescherming tijdelijk van functie. Eind mei 2021 werd het programma Trading Places succesvol afgerond. In dit artikel gaan we in op de ervaringen van de deelnemers. Om je te inspireren en om van te leren.

Het begin…

Ja, daar zit je dan. Het is midden oktober 2020. En je bent op de beginbijeenkomst van ‘Trading Places’. Met andere deelnemers die -net als jij- in het werkveld ‘huiselijk geweld en stalking’ werkzaam zijn. Samen werken aan een maatschappelijke opgave, aan een onderwerp waar je zelf dagelijks aan werkt. Maar voor het komende half jaar net even anders. Namelijk in een andere functie én bij een andere organisatie. Deelnemer Remco de Rijk, normaal werkzaam bij de Reclassering en tijdens Trading Places werkzaam bij Slachtofferhulp: ‘Voor mij was dat een belangrijke reden voor deelname aan Trading Places. Dat de functiewissel wel binnen mijn werkveld ligt. Ik ben geïnteresseerd in het onderwerp en wil daar slagen in maken ‘over de keten heen’. Een managementwissel in een willekeurig ander werkveld kan ook nuttig zijn, maar heeft niet mijn interesse’. Leren in de praktijk en jezelf ontwikkelen vanuit een maatschappelijke opgave, is ook dé reden voor de Politie en de ketenpartners geweest om het programma te starten. Er is immers de wil en de urgentie om beter samen te werken op het gebied van huiselijk geweld en stalking.
Na een eerste uitleg en kennismaking met de andere deelnemers, begon het ruilen. Een belangrijk doel van deze eerste bijeenkomst is immers om te komen tot een managementwissel. Wie gaat waarnaartoe?


Over Trading Places
Trading Places is een programma dat tien jaar geleden is ontwikkeld door The Curious Network voor leidinggevenden binnen de overheid. Doel van de functiewissel is dat deelnemers ervaren hoe het is om -weliswaar binnen het eigen werkveld- te werken in een andere functie en bij een andere organisatie. Leiderschapsontwikkeling vanuit ‘de eigen maatschappelijke opgave’ is voor overheidsprofessionals een veel duurzamere manier van leren en ontwikkelen dan ‘zomaar een managementwissel in een willekeurig vakgebied’. Voorwaarde voor succes is wel dat de organisaties waar de deelnemers van afkomstig zijn, overtuigd zijn van de noodzaak om onderling beter samen te werken. Dit is zeker het geval bij deze ‘Rotterdamse versie’ van Trading Places.


De start van de managementwissel

Een maand later is het zover, de start van de managementwissel. Ingrid Vaartmans is teammanager bij Jeugdbescherming-West in Dordrecht en ging werken bij Politie Eenheid Rotterdam. Zij ruilde met Erik Venema. Ingrid: ‘In de gezinnen waar wij komen, speelt met grote regelmaat een vorm van huiselijk geweld. Regelmatig worden wij, voor onze eigen veiligheid, geassisteerd bij gesprekken en huisbezoeken. Van tevoren was mijn beeld van de politie dat zij erg gericht zijn op het hanteren van de openbare orde en veiligheid en veel minder op het hulpverlenende karakter. Ook had ik, van tevoren, het beeld van een gesloten, trotse organisatie waar je niet snel tussenkomt, tenzij je bent opgeleid bij de politie.’  En is dat beeld veranderd door je deelname aan Trading Places? ‘Mijn beeld van de politie is zeker veranderd. Ik trof een open organisatie aan waar ik mij vanaf dag één zeer welkom heb gevoeld. Ik ontmoette zeer betrokken en bevlogen collegae. Het kennisniveau en de bereidheid met betrekking tot hulpverlenen, hebben mij verrast. De politie loopt, ook qua hulpverlening aan burgers, heel veel gaten dicht. En dat met een continu capaciteitsprobleem. Ik ben daarvan onder de indruk geraakt.’
Samenwerken begint vaak bij (wederzijds) begrip. Hoe is het bij die organisatie? Ingrid raakte onder de indruk van de manier waarop de politie -naast veiligheid- ook de focus heeft op hulpverlenen. En hoe ging dat met Erik Venema die de plek van Ingrid bij Jeugdbescherming overnam? Veranderde zijn beeld van Jeugdbescherming? ‘Mijn beeld is genuanceerder geworden. De complexiteit van de zaken, de kritiek van ouders die met jeugdbeschermingsmaatregelen te maken krijgen en de barre zoektocht naar passende plekken voor jeugdigen die een jeugdbeschermingsmaatregel opgelegd krijgen, hebben mij een beter inzicht verschaft in dit lastige werk.’

Beelden bijstellen

Bij deelname aan Trading Places kom je er snel genoeg achter dat je niet onbevooroordeeld kijkt naar een organisatie. Het beeld dat je vooraf hebt, wordt automatisch bijgesteld wanneer je er onderdeel van uit gaat maken. Je bent na verloop van tijd immers ‘one of the team’. Ook kom je er meer en meer achter dat de collega’s van de organisatie waar jij die zes maanden gaat werken ook beelden hebben van jouw organisatie…
Eric Schouwstra van Politie Eenheid Rotterdam ging werken als Teamleider Invordering bij de gemeentebelastingen. Waar Eric voor aanvang zijn nieuwe werkplek zag als ‘naar alle waarschijnlijkheid een 'blauw' georiënteerde afdeling die hun werk uitvoert binnen strikt gereguleerde en geprotocolleerde regels’, wisten zijn nieuwe collega’s van de belastingdienst ook wel raad met de politie. Zo kreeg Eric een verfrissende kijk op hoe er naar de politie wordt gekeken: ‘De teamleden die beroepshalve samenwerken met de politie, spreken met lof en enthousiasme over ons. De teamleden die niet beroepshalve samenwerken met de politie zien de politie zoals een Rotterdammer naar de politie kijkt. Soms met waardering, dan weer met verbazing en soms kritisch. Opvallend daarbij is dat de politie groot vertrouwen geniet, maar bij elk optreden dat vertrouwen moet waarmaken en niets als vanzelfsprekend moet aannemen.’
Ewout Verbeek van Veilig Thuis Rotterdam-Rijnmond (VTRR) wisselde van plek en ging starten bij de Reclassering. Zijn nieuwe, tijdelijke collega’s hadden duidelijk andere verwachtingen van VTRR. Ewout: ‘VTRR is geen hulpverlenende partij en is dus nooit jarenlang intensief betrokken bij iemand.  Daarbij is er toch nog vaak de verwachting dat VTRR alles overneemt na een melding.’
Fijn zo iemand ‘nieuw’ in huis. Die je even haarfijn uit komt leggen hoe het wel zit en beelden bijstelt. Direct resultaat: je weet wat je aan elkaar hebt en waar je de andere partij voor inzet. Volgens Ingrid Vaartmans (die van Jeugdbescherming wisselde naar Politie Eenheid Rotterdam) begint goede samenwerking bij interesse. En die interesse was er bij haar nieuwe collega’s van de politie. Ingrid: ‘Er was zeker interesse naar wat we bij Jeugdbescherming doen en waarom we dat doen. Zeker op het gebied van jeugdcriminaliteit was er veel belangstelling in hoe wij de samenwerking met de politie vormgeven.

‘Agressie en stalking van jeugdbeschermers komt regelmatig voor en heeft een grotere impact dan ik dacht.’

Anders kijken naar het onderwerp

Dat beelden -over en weer- flink in de weg kunnen zitten bij samenwerken, is wel duidelijk. Een slecht besef waar de ander voor staat en wat je aan elkaar hebt, is fnuikend. De dagelijkse ontmoetingen tijdens Trading Places met nieuwe collega’s helpen dat beeld te veranderen. Maar werpt deelname aan het programma ook een ander licht op het onderwerp zelf? Dus zijn de deelnemers anders gaan denken over het onderwerp ‘huiselijk geweld en stalking’? Erik Venema van Politie Eenheid Rotterdam die ging werken bij Jeugdbescherming: ‘Agressie en stalking van jeugdbeschermers komt regelmatig voor en heeft een grotere impact dan ik dacht. Het is ook nog best een taboe. Bij huiselijk geweld waarmee cliënten te maken krijgen, ben ik er door gesprekken met mijn nieuwe collega’s achter gekomen dat mannen vaak terecht als eerste in beeld zijn als plegers. Maar de rol die vrouwen hierbij spelen en de valse aangiften die worden gedaan om een omgangsregeling met de kinderen voor elkaar te krijgen, komen vaker voor dan ik wist.’
Marcel Dekker van de gemeente Rotterdam ging werken bij Veilig Thuis Rotterdam Rijnmond (VTRR): ‘Door vanaf dag één verantwoordelijkheid te mogen dragen voor onderdelen in de keten, rol je er heel snel in. Op sommige momenten had ik een reality check op de heftigheid en complexiteit van de cases waar Veilig Thuis en ketenpartners mee hebben om te gaan. Ook de complexe context van ‘straf versus zorg’, de AVG en de belasting voor relatief jonge professionals maakten indruk op me.’
Naast de inhoudelijke inzichten die Erik en Marcel opdeden, werd sommige deelnemers ook duidelijker hoe organisatorisch complex het speelveld van huiselijk geweld en stalking is. Ingrid Vaartmans: ‘Niet mijn beeld op het onderwerp veranderde, wel mijn beeld hoe de keten georganiseerd is en welke dilemma's we ieder afzonderlijk en vaak ook volgordelijk tegenkomen. De politie is vaak de eerste ‘vindplaats’, het is afhankelijk van het toevoegen van de juiste codes of ook de juiste conclusies direct aan de voorkant worden getrokken. In de keten is vaak iedereen bezig met een klein stukje van het proces of van het systeem. Wat je zou willen, is een systeemgerichte en op dezelfde accenten gerichte interventie die snel en gemakkelijk ingezet kan worden.’

‘Ik heb er een heel netwerk bij gekregen, plus een ‘veel breder kijken’, nu ook vanuit het pleger-perspectief. Uiteraard gaan de korte lijnen die hier nu liggen bijdragen aan een betere ketensamenwerking.’

Actieve rol gevraagd

Deelname aan Trading Places brengt veel nieuwe inzichten, maar daar blijft het niet bij. Er wordt nadrukkelijk een actieve rol verwacht van de wisselaars. Het is geen observatie maar participatie! Wat hebben de deelnemers in die periode gedaan met hun inzichten? Wat hebben zij kunnen toevoegen aan de organisatie waar ze tijdelijk werkten? Erik Venema van de Politie Eenheid Rotterdam die tijdelijk bij Jeugdbescherming ging werken: ‘Agressie en grensoverschrijdend gedrag zijn een vast agendapunt geworden op de wekelijkse casus-overleggen van mijn twee teams. Daarnaast heb ik als MT-lid steun verleend door op de achtergrond live aanwezig te zijn bij risicogesprekken die jeugdbeschermers moesten voeren. Een gezamenlijke training grensoverschrijdend gedrag met mijn team, resulteerde in kennis over wat elk teamlid als agressie ziet. Dit is immers voor ieder teamlid anders. Ook stelde ik een gedegen veiligheidsplan op waarin je met elkaar afspreekt wat je van elkaar, de teammanager en de organisatie mag verwachten.’
Niké van Nes werkt bij Slachtofferhulp Nederland in Rotterdam en ging werken bij Politie Eenheid Rotterdam: ‘De kennis over huiselijk geweld en stalking is bij enkele politiemedewerkers heel hoog, maar bij de grootste groep medewerkers onvoldoende. Wel is er een grote wil en betrokkenheid om met deze problematiek aan de slag te gaan. Daar heb ik gebruik van gemaakt. Zelf kon ik het onderwerp goed op de agenda zetten bij de politie, dus er is nu meer aandacht voor huiselijk geweld en stalking. Op punten waar het spaak liep in de samenwerking tussen politie, Veilig Thuis en Slachtofferhulp Nederland heb ik een nieuwe werkwijze aangeleverd en geïmplementeerd. Daarnaast heb ik de politie verbeteringen aangedragen om hun werkwijzen aan te passen.’
Alle deelnemers konden zoiets toevoegen aan de werkwijze of het inzicht over het onderwerp bij hun nieuwe, tijdelijke werkplek. Maar heeft deelname aan Trading Places ook bijgedragen aan een betere samenwerking onderling? En gaat die samenwerking met de ketenpartners voortaan op een andere manier? Eric Schouwstra van de Politie Eenheid Rotterdam die ging werken bij de gemeentebelasting: ‘Ik zal vooral mijn teamleden activeren, motiveren en enthousiasmeren om meer uit de contacten te halen met ketenpartners.’ En Ewout Verbeek, van Veilig Thuis Rotterdam Rijnmond die tijdelijk ging werken bij Reclassering Nederland, zegt daarover: ‘Ik heb er een heel netwerk bij gekregen, plus een ‘veel breder kijken’, nu ook vanuit het pleger-perspectief. Uiteraard gaan de korte lijnen die hier nu liggen bijdragen aan een betere ketensamenwerking.’


Wat leverde Trading Places concreet op?
Enkele voorbeelden van resultaten van het actieonderzoek:
1) ‘Terugmelden’ naar politie van huiselijk geweld zaken die onterecht bij Slachtofferhulp Nederland zijn aangemeld;
2) Drempelverlagende maatregel om aangifte bij de politie te doen bij agressie jegens medewerkers van Jeugdbescherming;
3 Gezamenlijke werkwijze tussen Veilig Thuis Rotterdam-Rijnmond en Reclassering Nederland in tijdelijke huisverboden;
4) In kaart brengen verbeteringen huiselijk geweld kwesties bij politie;
5) Kennisuitbreiding voor vroegsignalering bij Team Invordering gemeentebelastingen en hoe daarmee om te gaan;
6) Instellen mailbox met politie en Veiligheidshuis voor zaken over Veilig Thuis-melding en hoe om te gaan met vermoedens van huiselijk geweld;
7) Deskundigheidsvergroting bij wijkteam Enver over huiselijk geweld.


Persoonlijke ontwikkeling

Trading places versterkt je netwerk, laat je anders kijken naar organisaties in de keten en bevordert daarmee de samenwerking. Maar wat doet deelname jou persoonlijk? Draagt het bij aan jouw ontwikkeling als leidinggevende. En hoe dan?
Ingrid Vaartmans werkzaam bij Jeugdbescherming-West in Dordrecht ging tijdelijk werken bij Politie Eenheid Rotterdam: ‘Op een gegeven moment draaide ik een dienst mee. In de politiebus zei één van de coördinatoren: ‘Je hebt een andere manier van leidinggeven. En je bent altijd gericht op het stellen van vragen. Dat is heel prettig.’ Dat deed me heel veel. Ik heb ervaren dat men mij accepteerde om mijn leiderschapsvaardigheden en niet om mijn inhoudelijke kennis van de politie, die ik uiteraard niet heb. Het was verfrissend om met een vragende houding de organisatie in te gaan en te leren van de inhoudsdeskundigen en ook te vertrouwen op hun oordeel. Tegelijkertijd heb ik ook veel over mezelf geleerd: welke werkomgeving bij mij past en waarom.’Eric Schouwstra van de Politie Eenheid Rotterdam, die ging werken bij de gemeentebelasting, merkte ook snel genoeg welke werkomgeving beter bij hem past: ‘Ik gedij beter in een wat dynamischere bedrijfstak. In dat opzicht realiseer ik me dat mijn houdbaarheid als leidinggevende bij de gemeentebelasting beperkt is.’ Hij vervolgt: ‘Ook heb ik mijn vaardigheid als 'critical friend' kunnen uitbreiden en aanscherpen. Met oprechte nieuwsgierigheid en soms verbazing heb ik menigmaal in het MT mijn beeld kunnen en mogen geven, zonder dat dit als bedreigend werd ervaren. Ook goed om bij mezelf vast te stellen dat ik kennelijk in die situatie de juiste 'tone of voice' wist te raken.’
Ewout Verbeek, van Veilig Thuis Rotterdam Rijnmond ging tijdelijk werken bij Reclassering Nederland: ‘Degene die ik verving, hield er een iets lossere manier van leidinggeven op na dan ikzelf. Een aantal collega's, dat wat minder makkelijk in de pas loopt, krijgt van hem veel ruimte. Ik heb geleerd dat die ruimte geven soms ook helpend kan zijn. Wanneer er wel echt iets moet, is het makkelijker om dan iets van hen te verwachten.’Ook Niké van Nes die tijdelijk ging werken bij Politie Eenheid Rotterdam, merkte de invloed van deelname aan Trading Places: ‘Ik heb een groter gevoel van zelfverzekerdheid omdat ik heb ervaren dat ik terug kan vallen op kwaliteiten die ik in de basis heb. Zoals leiding kunnen geven aan een groot team. Ook het veranderen van perspectief, dus werken aan ‘de plegerkant’ in plaats van ‘de slachtofferkant’, beviel me goed. Terwijl ik toch echt wel ‘slachtoffer-minded’ ben’. Als laatste heb ik snel moeten handelen en schakelen als leidinggevende in een dynamische organisatie. Daar heb ik veel van geleerd en dat blijkt ook goed bij mij te passen.’

'Ik heb een groter gevoel van zelfverzekerdheid omdat ik heb ervaren dat ik terug kan vallen op kwaliteiten die ik in de basis heb.’


Naar huis…

En dan.. zes maanden later is het zover. De managementwissel zit erop. Je gaat terug naar je eigen plek. Hoe voelt dat en wat neem je mee en wat gaan ze daar ‘thuis’ van merken?
Ewout Verbeek, van Veilig Thuis Rotterdam Rijnmond ging tijdelijk werken bij Reclassering Nederland: ‘Ik had niet gedacht dat het afscheid na zes maanden me zoveel zou doen. Naast de woorden en de cadeaus waren er ook collega’s speciaal voor mij naar kantoor gekomen.’ Hij vervolgt: ‘Wat mijn eigen collega’s ervan gaan merken? Ik heb meer kennis van 3RO en de juridische kant daarvan, ik heb mijn managementrepertoire uitgebreid, ik heb kennis van het pleger-perspectief opgedaan, we hebben werkafspraken tussen Reclassering Nederland en Veilig Thuis Rotterdam-Rijnmond rondom huisverboden en kortere lijnen met de ketenpartners. Wat wil je nog meer?’
Remco de Rijk, normaal werkzaam bij de Reclassering en tijdens Trading Places werkzaam bij Slachtofferhulp: ‘Mijn eigen collega’s gaan merken dat ik het perspectief van slachtoffers meer nadruk ga geven. De positie van slachtoffers is voor Reclassering Nederland vaak onzichtbaar omdat we ‘een pleger-organisatie’ zijn. Maar die slachtoffers, die zijn er wel. Dat weten we, maar ik wil er meer nadruk op gaan leggen. Om zo met die onzichtbaarheid om te gaan en verantwoorde keuzes te maken.’ Erik Venema ziet mogelijkheden voor de politie om complexe vraagstukken anders op te lossen. Iets dat hij direct leerde van zijn tijd bij de Jeugdbescherming: ‘Complexe vraagstukken bespreken met een driehoek van een deskundige, gespreksbegeleider en teammanager, zoals gebruikelijk in de jeugdbescherming, zou ik graag bij de politie eens uitproberen. De ‘kwestieknop’ waarop een medewerker mag drukken voor hardnekkige en terugkerende knelpunten in het dagelijks werk, vind ik zeer bruikbaar.’
Ook Niké van Nes kwam met een gezonde dosis ambitie en concrete plannen terug van haar wisselplek: ‘Iedere zaak op het gebied van huiselijke geweld en stalking is er één te veel. Dus we gaan voortaan alle zaken screenen en checken of de hulpverlening loopt. Daarnaast gaan we onze samenwerking verder uitbreiden, ons netwerk vergroten, korte stages lopen en de intervisiemomenten behouden met de andere deelnemers van Trading Places.’
Marcel Dekker van de gemeente Rotterdam die ging werken bij Veilig Thuis Rotterdam Rijnmond, concludeert: ‘Weer een scherpe leidinggevende die andere wereld naar binnen brengt en die weer zin heeft om samen met de oude garde van de kant te gaan!’
Het programma bleek een hele praktische manier om de onderlinge samenwerking te stimuleren, vertrouwen tussen organisaties te vergroten en nieuwe kennis op te bouwen. De managementwissel, in combinatie met de experimenten die de deelnemers deden, droeg zo bij aan de verbetering van de onderlinge samenwerking tussen de partijen in dit complexe werkveld. Trading Places krijgt hierdoor een vervolg en is daarmee van vaste waarde voor de Rotterdamse aanpak van huiselijk geweld.

Aanmelden voor tweede programma Trading Places ‘Huiselijk geweld en stalking’

De voorbereidingen voor het tweede programma Trading Places zijn inmiddels in gang gezet. De beoogde ruilperiode is van 1 november 2021 tot 1 mei 2022. Het programma staat (weer) open voor alle bij de aanpak van huiselijk geweld betrokken organisaties in de regio’s Rotterdam-Rijnmond en Zuid-Holland Zuid. Wellicht heb je na het lezen van dit artikel zelf interesse om mee te doen aan Trading Places. Je kan je aanmelden via info@thecuriousnetwork.nl. Voor vragen kan je contact opnemen met Arjen Kaarsemaker via arjen.kaarsemaker@thecuriousnetwork.nl of 06-55395938.
Interessant